1. Voordat je begint
Geen stress in de keuken! Onze kooktip: zet voordat je begint alle ingrediënten klaar. Weeg hoeveelheden af, was de groente, snijdt de groente en zet smaakmakers (kruiden en specerijen) klaar voordat je ze nodig hebt. Zet pannen en ander kookgerei klaar. Zo heb je alle tijd om je daarna met het daadwerkelijke koken bezig te houden. Extra tip: zorg voor een schoon en opgeruimde werkruimte.
2. Overkoken
Water dat overkookt is vervelend en kan zo gebeuren als je even niet oplet. Door een houten lepel of spatel over de pan te leggen voorkom je dit. Een klontje boter bij het water toevoegen helpt ook. Moet de deksel even schuin op de pan? Door een houten knijper op de zijkant van de pan te zetten blijft de deksel een beetje open staan.
3. Bakken
Ben je van plan om een heerlijke taart te maken en gebruik je bakpapier voor de taartvorm? Maak het bakpapier nat onder de kraan en vouw het daarna voorzichtig uit. Doordat het bakpapier nat is kun je er makkelijk de vorm mee bekleden.
4. Knoflook: een vak apart
Misschien kende je deze al: knoflook moet je niet pellen, maar pletten. Door met de platte kant van je mes de knoflook te plekken kan je de schilletjes heel makkelijk eraf halen. Hak daarna de knoflook fijn of gebruik een pers en je bent zo klaar!
5. Braden
Braad het vlees in een bak & braad product. Voor een lekkere jus haal je het vlees uit de pan en blus je het af met bouillon (met eventueel een scheutje rode wijn) of met het kookvocht van de gekookte aardappels. Roer de aanbaksels los waardoor je jus extra veel smaak krijgt. Leg het vlees weer in de pan om het op zacht vuur na te garen. Voor krokante producten kun je het beste de combinatie van olie en boter gebruiken. Aanbraden en kleuren in de olie en boter toevoegen om het goudgeel te maken. Doe dit wel op een lagere temperatuur, anders verbrandt de boter.